Archief van
Tag: oorzaak kerkverlating

Kerkelijk belast en toch met geloof bezig

Kerkelijk belast en toch met geloof bezig

Annet Hogenbirk

Ik ben opgegroeid in een kerkelijk gezin. Wat ik van de orthodoxe protestantse christelijke kerk waarvan ik lid was heb meegekregen, ervaar ik voor een belangrijk deel als zware ‘ballast’. Ik denk daarbij aan het negatieve mensbeeld, de discriminatie van vrouwen en geen eigen mening mogen hebben. En de leer waarin de zondigheid van de mens, het lijden van Jezus Christus en zijn bloed als verzoening voor de zonden centraal stonden. Hiermee ben ik tijdens mijn hele jeugd in de kerk belast (twee kerkdiensten per zondag). Toch ben ik vanaf jonge leeftijd – ik denk dat ik een jaar of zeven was – ervan overtuigd dat God Liefde is. Ik heb me nooit kunnen voorstellen dat het waar was wat ik als dogmatiek in mijn kerk te horen kreeg. Maar ik had er wel veel last van dat er thuis en in de kerk weinig aandacht was voor wie ik was. Al in de onderbouw van de middelbare school besloot ik dat ik theologie ging studeren. Ik wilde ontdekken hoe het wél zat en ik wilde graag met en voor mensen en hun welzijn gaan werken. Het verhaal van een liefhebbende God die aandacht voor mij had was vanaf mijn vroege jeugd een dragende kracht voor mij en heeft mij veel steun gegeven.

Zin in mijn Leven

Ik ging dus theologie studeren en na mijn doctoraalstudie en de kerkelijke beroepsopleiding ben ik in één gemeente als predikant bevestigd. Ik vond het een enorme klus om als predikant de trekker van een van oudsher agrarische dorpsgemeente te zijn. Ik raakte er na enkele jaren burn-out en vertrok met mijn man en pasgeboren zoon naar een huurhuis in de buurt van zijn werk. En daar ben ik me gaan bijscholen op het gebied van PR en voorlichting en werd onze tweede zoon geboren. Vervolgens ben ik aan het werk gegaan in het bijzonder pastoraat, omdat pastoraal werk toch weer kriebelde. Jarenlang werkte ik in de zorg (verpleeg- en bejaardenhuis) en was er voor mijn kinderen die vanwege hun autisme extra zorg en aandacht nodig hadden. Steeds sterker werd mijn behoefte om meer aan het inspireren en coachen van mensen te kunnen doen. Daarom ben ik vanaf 2008 ZZP-er op het gebied van zingeving geworden. Ik startte toen mijn eigen praktijk voor levensbegeiding Zin in mijn Leven. Mijn missie was toen en is nog steeds: samen werken aan een liefdevolle samenleving.

De Liefde: een gemeenschappelijke bron

Door de jaren heen merk ik dat er heel veel verschillende mensen bezig zijn een bijdrage te leveren aan een liefdevolle samenleving. En er is een grote variatie in hoe ieder daarvoor haar of zijn inspiratie opdoet. Via verschillende tradities van christelijk geloof en andere religies/levensbeschouwingen en meditatievormen, cursussen, vieringen en literatuur kun je op dezelfde waarden uitkomen. Wat we gemeenschappelijk hebben is de bron: de Liefde (met een hoofdletter omdat ik haar als iets goddelijks ervaar). Daar waar Liefde is, is aandacht en beweging. Daar is ruimte om te zijn en te leven en zijn er mogelijkheden om breuken in je leven te herstellen. Je komt tot verbinding; allereerst met jezelf (je wordt heel/heler dan je was) en je krijgt (meer) verbinding met anderen en je leefomgeving, de natuur en de wereld in het groot.

Inspirerend werk

Wat voor mij momenteel mijn belangrijkste werkzaamheden zijn:

  1. schrijven van inspiratiemateriaal, met name retraites
  2. begeleiden van inspiratie-ontmoetingsgroepen
  3. coachen van individuele cliënten
  4. schilderen van iconen
  5. voorgaan in vieringen (op zondag in een kerk; bij een uitvaart).

Zelf haal ik veel inspiratie uit mijn meditatiemomenten, ontmoetingen met anderen, voorbereiding van vieringen en bijscholing en literatuur. Elke dag besteed ik aan meditatie minimaal een half uur. Stilte, lezen van een Psalm, stilstaan bij een stukje Bijbelverhaal en schrijven van wat er in mij naar boven komt: ik ervaar het als waardevol en inzichtgevend. En er ontstaat terwijl ik schrijf nog wel eens een kort gebed in mij. Ik ervaar waar mijn verlangen naar uitgaat, wat er botst, waar ik kracht voor nodig heb of juist waar ik blij van word. En het fijne is dat ik daarmee vaak anderen ook weer kan ondersteunen.

Vertrouwen en overgave

Sinds drieënhalf jaar schilder ik iconen. Het is iets wat mij sinds ik hieraan begonnen ben niet meer loslaat. Eerder heb ik lessen in portretschilderen en vrij tekenen en schilderen gevolgd. Maar het schilderen van iconen kom ik iets anders, iets heel moois en puurs in mij zelf tegen. Het schilderen van een icoon is voor mij een proces van vertrouwen en overgave. Ik geef het beste van mijzelf. Mijn mondhoeken trekken omhoog bij het schilderen met mijn zachte marterharen penseel en ei-tempera op het gladde gekalkte paneel. In het begin lijkt het nog niks te worden: de donkere basisvlakken – die de ondergrond van de icoon vormen – hebben totaal geen uitstraling. Je moet erop vertrouwen dat het iets kan gaan worden. Ik vind het heerlijk om zelf de pigmenten te mengen met een eigeel-mengsel en er geduldig laag voor laag mee op te bouwen. En wat vooral bijzonder is, is dat de icoon op een gegeven moment tot leven komt. Wanneer ik de ogen zó heb geschilderd dat ze én mij aankijken én contact lijken te maken met een andere werkelijkheid, als er verbinding zichtbaar is met de ‘hemel’.

De goddelijke kant van mensen verbeeld

Elke volgende icoon die ik schilder wordt mooier en sprekender. Ik zie in de Christus-iconen die ik heb geschilderd een ontwikkeling in de blik. Mijn nieuwste Christus-icoon kijkt mij liefdevol en aandachtig aan. Mijn iconen volgen mijn innerlijke ontwikkeling of misschien is het wel omgekeerd en volgt mijn innerlijke ontwikkeling mijn iconen. Er gebeurt iets moois en liefdevols. En ik ervaar in mijzelf een toename van geduld en vertrouwen. En dat heeft niet alleen met de groei van schildervaardigheden te maken, maar het is ook een ontwikkeling in mijn zijn, in hoe ik mijzelf en mijn leven ervaar.

Nog altijd vind ik het bijzonder dat ik met mijn kerkelijke achtergrond iconen ben gaan schilderen en er zoveel aan beleef. Ik ben zwaar protestants opgegroeid, zonder beelden en zonder kunst. En juist het verbeelden van een goddelijke kant in mensen – zoals ik iconen ervaar – laat mij niet meer los.